Boosheid en woede

In de puberteit gebeurt er enorm veel in de hersenen van jongeren. Daarbij worden ook hun hormonen actief. Dat heeft invloed op hun gedrag. Dat kan nogal eens wisselvallig zijn.

Heftige emoties

De ene keer kunnen tieners hun emoties goed beheersen en zijn ze verstandig, de andere keer zijn ze niet voor rede vatbaar en barsten ze uit in een onverklaarbare woedeaanval. Het lijkt soms ook alsof ze heftige emotionele ervaringen of confrontaties opzoeken, aangespoord door hun hormonen. Wat kun je doen als je kind in woede uitbarst en driftig wordt?

Tips om woede te beheersen

• Praat achteraf met je kind over de woedeaanval. Wat was de reden waarom het zo kwaad werd en zich niet kon beheersen?
• Is je kind vaak heel boos en daarbij ook wel eens agressief? Leg dan uit dat het niet goed is om geweld te gebruiken.
• Stimuleer je kind om boosheid positief te gebruiken, bijvoorbeeld door te gaan sporten.
• Heeft je zoon of dochter vaak enorme driftbuien? Helpt sporten ook niet? Zoek dan samen hulp.

Filmpje: Omgaan met de gevoelens van je puber

Bron: Opvoedinformatie Nederland

Manieren van afreageren

Activiteiten waarin jongeren zich lichamelijk kunnen afreageren, werken vaak goed om agressief gedrag te verminderen. Denk bijvoorbeeld aan atletiek, hardlopen, voetballen, volleyballen, zwemmen, judo of tennissen.

Cursussen

Het is een idee om je kind een cursus sociale vaardigheden te laten volgen. Daar leer je hoe je op een goede manier om kunt gaan met anderen, maar ook wat je kunt doen in lastige situaties zoals ruzies. Er zijn ook 'agressieregulatietrainingen' (ART). Daar kunnen jongeren technieken leren voor zelfbeheersing en om boosheid op een andere manier te uiten. Ze leren zich bewust te worden van hun eigen gevoelens en gedrag. Wil je weten welke cursus of therapie bij jullie of jouw kind past? Vraag je huisarts of de jeugdgezondheidszorg in jouw wijk naar meer informatie.

Moeilijk gedrag

Soms blijven de problemen bestaan. Er zijn jongeren die zich voortdurend verzetten tegen volwassenen en alle regels aan hun laars lappen. Ze strijden tegen hun ouders, familie, leraren, en eigenlijk alle autoriteitsfiguren. Ze vechten met anderen, zijn enorm agressief, klieren veel en raken snel geïrriteerd. Voor dit soort situaties worden er speciale cursussen agressiebeheersing gegeven.