Soms kun je het even niet alleen

Soms kun je het even niet alleen (en dat hoeft gelukkig ook niet)

Iedere ouder wil natuurlijk dat het goed gaat met zijn of haar kind. Gelukkig lukt dat meestal ook wel maar iedere ouder loopt gegarandeerd ook af en toe tegen problemen aan. Een kind dat niet wil eten of slapen, dat maar niet zindelijk wordt, gepest wordt op school, last heeft van ADHD of dyslexie. Hoe weet je als ouder nu eigenlijk welke problemen je zelf kunt oplossen en wanneer het tijd is om hulp te gaan zoeken voor je kind? 

Wanneer je kind ‘even niet zo lekker gaat’ kun je je daar als ouder behoorlijk druk om maken. Je natuurlijke instinct zegt dat het kind tegen alle ellende en gevaren beschermd moet worden. Maar gezond opgroeien betekent ook dat er af en toe problemen, klein en grote, overwonnen moeten worden. Een heel groot deel daarvan kun je zelf oplossen samen met je kind. Met een dosis gezond verstand en betrouwbare informatie van websites zoals deze of bijvoorbeeld de GGD komt u al een heel eind. Ook mensen in de omgeving zoals andere ouders of grootouders kunnen waardevolle tips bieden uit eigen ervaring. 

Maar soms duurt een probleem zo lang of is het zo ingewikkeld, dat je er zelfs met de beste wil van de wereld niet meer uitkomt. In dat geval is het goed om hulp te vragen aan een professional. We geven een paar voorbeeldsituaties.
 

Zindelijkheid

De meeste kinderen leren tussen hun derde en vierde jaar wanneer het tijd is om naar de wc te gaan en hoe je dat doet. Ze leren de signalen van hun lichaam te herkennen, een beslissing te nemen en daarnaar te handelen. Er zijn echter ook veel kinderen waarbij het ergens in dit proces niet helemaal goed gaat: ze herkennen de signalen niet of herkennen ze wel maar voelen geen behoefte ernaar te handelen. Soms herkennen ze de signalen en willen ze wel handelen maar weten ze niet goed hóe ze dat moeten aanpakken. Als ouder kun je je kind helpen door vaste wc-tijden in te plannen, goed uit te leggen wat je voelt als je moet plassen of poepen en wat je dan moet doen. Ook helpt het om een kind te belonen met een compliment of een sticker wanneer het goed gaat. Zo’n beloning helpt je kind de motivatie te vinden om het ‘goed’ te doen. In sommige gevallen helpt het allemaal niet en blijft je kind maar in bed plassen of te laat naar de wc gaan. Zelfs als ze 5, 6 of zelfs ouder zijn en precies weten hoe een wc werkt. Het is in dat geval goed om hulp te vragen. Er kan worden uitgezocht of er misschien een medische oorzaak is voor het probleem en als ouder krijg je steun en praktische hulp om met het probleem om te gaan.
 

Leer- en concentratieproblemen

Bijna iedere ouder met een zoon zal het beamen; jongens zijn druk! Vaak een stuk drukker dan meisjes. Ze vinden het moeilijk om stil te zitten en vinden niks leuker dan rennen, hard schreeuwen en dingen uit elkaar halen en weer in elkaar zetten. In een klas kan dit nog wel eens lastig zijn. Het gedrag is daar storend voor anderen. Gelukkig zijn veel docenten genoeg begripvol om al die drukke jongens een beetje bij de les te houden. Maar soms is het gedrag van bepaalde kinderen (jongens en meisjes) zo storend en niet beïnvloeden met beloning of straf dat het een probleem wordt. Ook als ouder merk je vaak dat deze kinderen het moeilijk vinden om hun dagelijkse taken als aankleden en huiswerk maken te volbrengen zonder tien keer afgeleid te worden. Soms kan het helpen om een dagschema voor een kind te maken waarop duidelijk alle taken van die dag in de juiste volgorde zichtbaar worden gemaakt. Maar soms is het belangrijk om de oorzaak achter het gedrag te achterhalen en daar is de hulp van een professional vaak bij nodig. Heeft het kind ADHD of is het erg gespannen over een situatie thuis? Kan het misschien niet goed lezen en gaat het uit frustratie dan maar uit het raam kijken in plaats van op te letten. Ga in dit soort situaties altijd praten met de docent van je kind en zoek samen naar de juiste professional die jullie en je kind kan helpen.
 

Pesten en gepest worden

Het blijft een hardnekkig probleem: pesten. Nog steeds worden dagelijks veel kinderen in Nederland op school en daarbuiten gepest. Van schelden en uitlachen tot spullen afpakken en zelfs fysiek geweld. Een kind dat gepest wordt voelt zich vaak enorm onveilig in de klas en is niet weerbaar genoeg om de pesters aan te kunnen. Gek genoeg blijkt vaak dat ook de pesters zelf niet gelukkig zijn. Het pesten is een manier waarop ze hun frustraties uiten of proberen om hun eigen onzekerheid te maskeren. Zowel de pester en de gepeste hebben dus eigenlijk hulp nodig om het gedrag te stoppen. Als ouder is het belangrijk dat jij je  kind serieus neemt, een luisterend oor biedt en samen met je kind gaat bespreken wat jullie zouden kunnen doen om het pesten te stoppen. Maar pesten is bij uitstek een voorbeeld van een probleem dat je niet alleen kunt oplossen. Het helpt pas goed wanneer ook de school, de ouders van de pesters en eventueel een pedagogisch medewerker of andere professionele begeleider samenwerken. Gelukkig hebben veel scholen hier een traject voor en anders kun je natuurlijk ook bij ons terecht voor advies.